Raads­vragen: Haal meer uit de Bomen­balans


Indiendatum: 19 jan. 2021

Geacht college,

De Bomenbalans is een rapportage van het college die ertoe dient de kwantitatieve en kwalitatieve staat van het Rotterdamse bomenbestand in kaart te brengen en die sinds 2013 jaarlijks aan de Raad wordt aangeboden. Voor wat betreft kwantitatieve staat toont de jaarlijkse Bomenbalans onder andere het aantal bomen in de openbare ruimte aan het einde van het gerapporteerde kalenderjaar. In de tabel hieronder hebben wij de jaartallen en het aantal bomen tot en met 2019 opgenomen in een tabel, aangevuld met het aantal van nieuw aangeplante bomen, het aantal van gerooide bomen – op basis van een inboetprogramma – en het aantal vervangingen van gerooide bomen als ander onderdeel van de inboet. Overigens vormen vervangende bomen uit de inboet ook onderdeel van het totaal aan nieuw aangeplante bomen.

(Hier volgt nu een tabel. Klik hier om de schriftelijke vragen terug te vinden op de website van de gemeenteraad, waar de tabel te zien is).

De gemeenteraadsfractie van de Partij voor de Dieren is blij dat het college rapporteert over de omvang van het Rotterdamse bomenbestand. Wel denken wij dat er nog een wereld te winnen valt voor wat betreft de informatiewaarde van de rapportage, zowel in kwantitatieve als kwalitatieve zin. Zo rapporteert het college in de Bomenbalans onder andere over de aantallen nieuw aangeplante bomen per soort. Verder rapporteert zij, zoals gesteld, ook over gerooide bomen en eventuele vervanging van deze exemplaren. Maar het college rapporteert bij de aantallen van nieuwe aanplant en rooi níet over de boomgrootte, hetgeen iets nuttigs zegt over hoe groot een boom uiteindelijk kan worden. Er wordt vaak onderscheid gemaakt tussen de boomgrootten 1, 2 en 3 die alle uitgaan van verschillende grootten die soorten bomen doorgaans bereiken. De grootte van een boom is op haar beurt voor in ieder geval een bepaalde hoogte een indicatie van ecologische waarde, bijvoorbeeld het ‘aanbod’ van gebladerte en takken waar insecten, vogels en vleermuizen zich kunnen nestelen of anderzijds gebruik van kunnen maken. Maar een grote boom, dus bijvoorbeeld van de eerste grootte, zegt ook iets nuttigs over opslag van CO2, het filteren van de lucht, het verzorgen van schaduwwerking (voor verkoeling of tegengaan verdamping) of het bieden van een buffer tegen geluidshinder. In de Bomenbalans wordt ook níet gerapporteerd over de toe- of afname van het totale volume aan houtopstand. De aanplant van nieuwe bomen (met een kleine stamdikte) zorgt wellicht niet voor genoeg aanwas van houtopstand om het verlies van houtopstand door het rooien van bomen (met een grote stamdikte) te compenseren. Daarbij geldt dat oudere bomen eveneens meer waarde hebben voor de stad, in allerlei opzichten, en dat ouderdom, stamdikte en boomgrootte ook vaak positief met elkaar correleren.

1. Bent u het met ons eens dat behalve rapporteren op aantallen nieuw aangeplante bomen en gerooide bomen het tevens nuttig kan zijn om te rapporteren over boomgrootte en stamdikte over die aantallen die voor een mutatie in het bomenbestand zorgen, teneinde de toe- of afname van het totale volume aan houtopstand (op termijn) in openbaar gebied inzichtelijk te maken? Indien nee, waarom niet? Indien ja, beschikt u over informatie over boomgrootte en stamdikte van de aantallen nieuw aangeplante bomen en gerooide bomen die voor de mutatie zorgen? Indien ja, bent u ertoe bereid deze informatie toe te voegen aan de Bomenbalans?

2. Welke gedachte zit er achter de aanplant van nieuwe soorten bomen? Is het doel bijvoorbeeld om met de diversiteit aan aanplant van nieuwe soorten bomen bepaalde soorten aan insecten, vogels en vleermuizen aan te trekken, waaronder zogenoemde icoonsoorten, pioniersoorten en indicatiesoorten die op hun beurt van meerwaarde zijn voor het vergroten van de biodiversiteit? Indien nee, wat is het doel? Indien ja, kunt u per editie van de Bomenbalans uitleggen hoe uw keuzes ten aanzien van aanplant van soorten zich verhouden tot de Bomenstructuurvisie van de gemeente, die voorziet in uitleg van te maken keuzes?

3. Hoe komt u tot een locatiekeuze voor aanplant van bomen? Maakt u hier een ecologische of esthetische overweging, al dan niet ingegeven door inzichten over (verkeers)veiligheid?

4. Heeft u al weleens getracht het gehele bomenbestand op openbaar gebied in te delen in soorten, wellicht niet op basis van aantallen maar wel op basis van percentages? Indien nee, waarom niet? Indien ja, bent u bereid deze inventarisatie te delen met de Raad of te verhandelen in de jaarlijkse Bomenbalans, die door de mutaties in aantallen logischerwijs ook muteert in soortenverdeling?

Mutaties in het bomenbestand zijn niet automatisch af te leiden door het aantal nieuw aangeplante bomen te verminderen met gerooide bomen die niet zijn vervangen. Sommige bomen moeten incidenteel worden gerooid, bijvoorbeeld na een storm. Weer andere moeten wijken voor herstructurerings- en herinrichtingsplannen, waarvoor rooiplannen worden opgesteld. Tot slot worden bomen aan het openbaar gebied onttrokken als de gemeente grond verkoopt aan particulieren.

5. Is het mogelijk om de Bomenbalans volledig sluitend te krijgen door te rapporteren over alle bomen die in vergelijking met het jaar ervoor niet meer deel uitmaken van het bomenbestand? Indien nee, waarom niet? Indien ja, is het hierbij tevens mogelijk om uit te leggen om welke redenen de bomen geen deel meer uitmaken van het bomenbestand?

De Bomenbalans maakt niet inzichtelijk waar nieuwe bomen zijn aangeplant of waar bomen zijn gerooid en al dan niet vervangen, of überhaupt niet waar bomen zich in de stad bevinden door allerlei wijzigingen in het bomenbestand door de jaren heen. De gemeente Rotterdam kondigt op een pagina[1] van een speciaal opgerichte website (‘Rotterdam Open Data’) voor het tonen van open data aan dat data over bomen beschikbaar zijn voor het algemeen publiek. Bij het uitproberen van deze pagina kregen wij helaas geen informatie te zien over het Rotterdamse bomenbestand.

6. Wat zou er volgens u te zien moeten zijn op voornoemde pagina?

7. Bent u bereid de open data over het Rotterdamse bomenbestand na te gaan op fouten en deze weer beschikbaar te stellen voor de Rotterdammers? En bent u tevens bereid in de Bomenbalans te verwijzen naar de beschikbare open data? Indien nee, waarom niet?

De Bomenbalans is een rapportage die volgt op afdoening van een motie[2] uit 2008. In deze motie wordt gevraagd om jaarlijks gemiddeld tweeduizend bomen toe te voegen aan het Rotterdamse bomenbestand en deze te plaatsen in versteende stadswijken. Ten tweede is het college in de motie verzocht om te zorgen voor een diversiteit in soort, omvang en leeftijd van de te plaatsen bomen.

8. Bent u bereid in toekomstige edities van de Bomenbalans te rapporteren over het tweeledig verzoek van de aangehaalde motie, te weten de plaatsing van gemiddeld tweeduizend nieuw aangeplante bomen in versteende wijken én het aanbrengen van diversiteit in de nieuw aangeplante bomen op basis van soort, omvang en leeftijd? Indien nee, waarom niet?

Wij zien uw beantwoording met belangstelling tegemoet.

[1] http://rotterdamopendata.nl/dataset/webservice-beheer-buitenruimte/resource/b2194342-c37c-4693-ab72-13b307b7fd7b

[2] https://rotterdam.raadsinformatie.nl/document/4078633/1/motie_3649_-_Bonte_Heijmen_2000_bomen_per_jaar_AANGENOMEN

Indiendatum: 19 jan. 2021
Antwoorddatum: 16 feb. 2021

Klik hier voor de beantwoording van het college van burgemeester en wethouders op de website van de gemeenteraad van Rotterdam.