Motie: Iedere kamer­be­woner een goede rechts­po­sitie

De gemeenteraad van Rotterdam, in vergadering bijeen op 25 april 2024, ter bespreking van het voorstel tot vaststelling van Derde wijziging Verordening toegang woningmarkt en samenstelling woningvoorraad 2021,

constaterende dat

• Bewoners in een woning die op basis van een vergunning voor kamerbewoning is opgedeeld in onzelfstandige wooneenheden in sommige gevallen niet beschikken over een individueel huurcontract;

overwegende dat

• Met een individueel huurcontract per kamerbewoner huurrechten beter worden geborgd, omdat zo’n contract het voor die bewoners eenvoudiger maakt om bij de Huurcommissie een huur conform het puntenstelsel voor kamers af te dwingen;
• Een contract op naam van de bewoner garant staat voor huurbescherming;

voorts overwegende dat

• In de gemeente Amsterdam met het stellen van individuele contracten als voorwaarde voor het verlenen van een vergunning voor kamerbewoning reeds goede ervaringen zijn opgedaan, omdat de belangen van huurders goed geborgd zijn;

verzoekt het college

• Bij de eerstvolgende wijziging van de Verordening toegang woningmarkt en samenstelling woningvoorraad 2021 te regelen dat het afsluiten van individuele contracten tussen huurder en verhuurder een voorwaarde is om over te gaan tot het verlenen van een vergunning voor kamerbewoning;
• Deze voorwaarde bijvoorbeeld te borgen in een nieuw onderdeel van lid 1 van artikel 3.2.4., met als suggestie navolgende tekst: “[e]lke onzelfstandige woonruimte wordt door maximaal één volwassene bewoond en in geval van huur op basis van een individueel schriftelijk huurcontract voor de betreffende onzelfstandige woonruimte tussen eigenaar, of degene namens deze, en huurder”;

en gaat over tot de orde van de dag.