Bijdrage: Toepassing opkoop­be­scherming (commis­sie­be­han­deling)


Uitge­sproken in de verga­dering van de commissie BWB op 8 december 2021

8 december 2021

Voorzitter,

Aan de hand van de door ons ingediende motie ‘Kaders voor toepassing opkoopbescherming’ laat ik weten wat wij van het voorstel vinden. Allereerst zullen we het voorstel steunen. Het is de facto reparatie van falend woningmarktbeleid. Het is ex post woningschaarste aanpakken en disbalans opheffen, terwijl je dat natuurlijk aan de voorkant moet regelen. In Rotterdam verergert de Woonvisie woningschaarste, dus in dat opzicht hebben we boter op ons hoofd.

We steunen dus het voorstel. Maar de motie wordt niet afgedaan. Er worden namelijk geen kaders meegegeven. Voor de zestien aangewezen wijken wordt gesteld dat er woningschaarste heerst en dat leefbaarheid in het geding is. Maar er worden geen meetbare, objectiveerbare criteria gesteld. Benchmarks, met andere woorden, waar wijken aan zouden kunnen voldoen. Die zijn er niet. Zo zegt het aandeel van particuliere verhuringen in absolute zin om twee redenen niet alles: percentueel kan zo’n aandeel nog steeds op beschikbaarheid drukken. En in kleine wijken is ‘in absolute zin’ sowieso niet hulpvaardig. Maar wat is de ondergrens die het college hanteert? Geen uitleg in de brief, voorzitter. Is het aandeel aan absolute verhuringen complementair aan het percentuele aandeel aan particuliere verhuringen, of een eigenstandige afweging van het college? Niet duidelijk. Dus daarom nu de vraag aan de wethouder.

Welke wijken scoren op twee van de drie indices van het wijkprofiel, te weten sociaal, fysiek en veilig, onder het stedelijk gemiddelde? Is leefbaarheid complementair aan woningschaarste of is het een eigenstandig kader? Indien het laatste, dan komt sowieso het Oude Noorden in aanmerking.

Als je het aandeel aan particuliere verhuringen wilt aanpakken en de noodzaak voor opkoopbescherming wilt wegnemen, moet je wat doen aan het aandeel van corporatieverhuringen. Gaan we blijven oplappen en plakbandjes gebruiken of zorgen we dat de corporaties worden versterkt in hun grondposities in de kwetsbare wijken? Vraag aan de wethouder.

De WOZ-waardegrens van €355.000 lijkt objectief vastgesteld, maar is het niet. Het volgt beleid van de gemeente Rotterdam. Het is geen kader, maar een afbakening van de reikwijdte van de opkoopbescherming. Dat zijn twee verschillende dingen, voorzitter.

Daarnaast wilden wij met de motie weten wat wij mogen doen van de wetgever. Daar gaat de wethouder in het geheel niet op in. De Partij voor de Dieren is helder: wij willen opkoopbescherming waar het mag. Het ontbreken van een wetgevend kader is wellicht indicatief dat de gemeente Rotterdam vrije hand heeft in het aanwijzen van wijken. Dat biedt mogelijkheden.

Tot slot, voorzitter. Marktpartijen mogen in opdracht van het NPRZ nog steeds woningen opkopen, volgens de verordening die opkoopbescherming regelt. We blijven het opvallend vinden dat een VVD-wethouder doet aan maakbaarheidspolitiek met actief grondbeleid. Volgens mij was het altijd de VVD die in haar ogen linkse partijen de maat neemt over maakbaarheidsidealen. De VVD moet zichzelf in de spiegel kijken.

Tot zover, voorzitter.

--

Klik hier voor de uitzending van de vergadering op het raadsinformatiesysteem van de gemeenteraad van Rotterdam.

Wij staan voor:

Interessant voor jou

Bijdrage: Omgevingsvisie (commissiebehandeling)

Lees verder

Bijdrage: Vervolgproces stadsmuseale functie

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer